Aansprakelijkheid hoort bij het leven. Het is niet altijd te voorkomen dat er iets gebeurt wat ongewenst is. Of je de gevolgen daarvan moet dragen, wordt beantwoord door het aansprakelijkheidsrecht. We schrijven daar vaak blogs over omdat elk geval ons iets kan leren.
5 april 2018
De rechtbank Noord-Holland boog zich over een geschil over aansprakelijkheid en deed uitspraak (de namen zijn gefingeerd).
GroenCare beheert voor een grondeigenaar een landbouwperceel van ongeveer twee hectare groot. Het perceel is ingezaaid met klaver.
MaaiMab heeft met GroenCare in 2014 of 2015 mondeling een overeenkomst van opdracht gesloten. MaaiMab maait het perceel en factureert GroenCare daarvoor achteraf onder verrekening van de door hem te behouden opbrengst van de geoogste klaver.
MaaiMab maait het perceel voor het eerst op 21 juni 2015 en het gaat meteen mis. De medewerker van MaaiMab gebruikt een maaimachine van het type Krone type EC32CV Float Frontmaaier met daarbij een Accoord Bok. Hij rijdt daarbij op een tractor van het type Fendt 930. Tijdens de maaiwerkzaamheden rijdt de medewerker van MaaiMab met de maaimachine tegen een waterput die zich op het perceel bevindt.
Dat moet een behoorlijke dreun hebben gegeven omdat de maaimachine zo’n 3,2 meter breed is en de tractor ook geen kleine jongen is. Door de aanrijding is schade ontstaan aan de maaimachine van MaaiMab en is deze als total-loss aangemerkt. De uitspraak van de rechtbank leert niet hoe oud de maaimachine is geweest. De ingeschakelde schade-expert berekent de schade op € 11.710,20.
MaaiMab heeft de rechtbank verzocht GroenCare te veroordelen tot betaling van € 11.710,20, vermeerderd met de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten van € 892,10 en de kosten van de procedure.
MaaiMab is van mening dat GroenCare de aanwezigheid van de waterput op het perceel kende en MaaiMab hierop attent had moeten maken. Nu GroenCare niets heeft gemeld, is GroenCare wat MaaiMab betreft aansprakelijk voor de ontstane schade. GroenCare meldt zich niet bij de rechtbank zodat GroenCare bij verstek wordt veroordeeld conform de eis van MaaiMab.
GroenCare, vertegenwoordigd door diens aansprakelijkheidsverzekeraar, gaat in verzet tegen het verstekvonnis en stelt ook een tegenvordering in van € 14.450,70. Dit bedrag heeft de verzekeraar van GroenCare in de tussentijd al aan MaaiMab overgemaakt.
GroenCare stelt dat de waterput ten tijde van het maaien voor MaaiMab zichtbaar was. Ook vindt GroenCare dat MaaiMab een eigen onderzoeksplicht heeft en het perceel eerst zelf had moeten inspecteren voordat er gemaaid werd. Nu MaaiMab dat niet gedaan heeft, is MaaiMab wat GroenCare betreft voor de eigen schade verantwoordelijk.
De rechter kijkt aan de hand van de stukken of de waterput zichtbaar moet zijn geweest. Zij is niet ter plekke gaan kijken, hoewel de wet die mogelijkheid wel biedt. Het rapport van de schade-expert gaat er vanuit dat de medewerker op een tractor van het type Fendt 208 Vario heeft gereden. De medewerker reed echter met een veel grote type tractor: te weten het type Fendt 930, en die levert een ander blikveld op.
De rechtbank vindt daarom dat het oordeel en de berekening van de schade-expert onjuist is. De bestuurder van de tractor heeft daarnaast op de zitting van de rechtbank uitgebreid gemotiveerd dat de waterput voor hem niet zichtbaar was en niet zichtbaar kon zijn vanuit zijn tractor. GroenCare heeft daar wat de rechter betreft onvoldoende tegenover kunnen zetten.
De rechter neemt bij het oordeel mee dat GroenCare de opdracht mondeling aan MaaiMab heeft verstrekt en dat daarbij geen bijzonderheden zijn besproken. Verder heeft de rechter vastgesteld dat een medewerker van GroenCare bekend was met het bestaan en de ligging van de waterput op het perceel.
De algemene hoofdregel is dat partijen zich bij een overeenkomst overeenkomstig de redelijkheid en billijkheid moeten gedragen, hoe vaag dat ook mag klinken. Dit wegend oordeelt de rechter dat GroenCare verplicht was aan MaaiMab mede te delen dat er een waterput op het perceel was. Reden is dat GroenCare daar zelf immers van op de hoogte was. Nu bij het sluiten van de overeenkomst geen bijzonderheden over het perceel aan MaaiMab zijn gemeld, kon MaaiMab er terecht vanuit gaan dat het perceel geen bijzonderheden - zoals slecht zichtbare of zelfs niet zichtbare obstakels -, kent waarmee rekening dient te worden gehouden bij het uitvoeren van de opdracht.
Nu GroenCare geen melding heeft gemaakt van de waterput, vindt de rechtbank dat GroenCare te kort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst. De rechtbank acht GroenCare aansprakelijk voor de als gevolg daarvan geleden schade. De veroordeling van GroenCare in het verstekvonnis blijft daarom in stand.
Bij het aangaan van een overeenkomst doen partijen er verstandig aan te onderzoeken wat ze willen afspreken en niet willen afspreken. Daarbij is ook van belang te kijken naar de risico’s en naar mogelijkheden om de aansprakelijkheid te beperken. Dat laatste kan bijvoorbeeld door dat in algemene voorwaarden te regelen.
De normen van redelijkheid en billijkheid zijn vaag en worden in een individueel geval aan de hand van de concrete feiten en omstandigheden ingevuld. Ik kan mij voorstellen dat beide partijen naar aanleiding van deze zaak het voortaan anders aanpakken. GroenCare zal een nieuwe opdrachtnemer vermoedelijk op de hoogte stellen van de locatie van de waterput. Aan de andere kant zal MaaiMab bij nieuwe opdrachten vermoedelijk vragen stellen over mogelijke obstakels. Al doende leert men tenslotte.
mr Ewald van Sark
Jurist FNV Zelfstandigen